Het tiener- adolescentenbrein is “werk in uitvoering” wordt wel gezegd. De frontale kwab is als laatst klaar en dat heeft als gevolg dat we pas rond 25 jaar goed executief kunnen functioneren. We kunnen nog niet al te veel van onze adolescenten verwachten op dit gebied. Vooral de jongens zijn laatbloeiers en lopen risico door hormoongestuurd groepsdruk-gedrag, in vroegere dagen ook wel waaghalzerij genoemd.
Laat ik nu op vakantie, zittend aan een kabbelend riviertje in de Drôme met vriend en hond, een tafereel mogen aanschouwen waar mijn hart een sprongetje van maakte. Een flink aantal vooroordelen over executief disfunctionerende adolescenten verdween als sneeuw in de Franse zon.
Een groep met vier jongens in de leeftijd van 14-16 jaar kwamen aangefietst, lieten ze vallen op de plek waar ze stopten en gingen in conclaaf. We konden er niet veel van verstaan, maar het was duidelijk dat ze aan het bespreken waren of dit een goede plek voor een rotsjump zou kunnen zijn. (Bij rotsjumpende jongeren houd ik over het algemeen mijn hart vast en mijn ogen dicht. Wat is 112 in het Frans vroeg ik me af toen ik in de gaten kreeg wat de bedoeling van deze jongens was.)
Wat volgde was een combinatie van een wis- en natuurkunde praktijkles, de ultieme samenwerking tussen vrienden en overduidelijk bewijs van de aanwezigheid van: doelgericht doorzettingsvermogen, inhibitievermogen, planningsvaardigheden, flexibiliteit en metacognitie.
We hebben mogen genieten van een club vrienden die allemaal hun eigen plek en taak in de groep hadden. Jongens die elkaar in hun waarde lieten en elkaar niet overhaalden dingen te doen die ze niet durfden. Er werd afgetast, uitgeprobeerd en diepte gemeten door middel van verschillende takken. Er werd overlegd, gelachen en nagedacht. Er werd met precisie uitgekiend wat de juiste plek zou kunnen zijn. Er werden geen onverantwoordelijke risico’s genomen toen bleek dat het te gevaarlijk was. Ze lieten flexibiliteit zien en doorzettingsvermogen terwijl er een andere, veiligere plek werd gezocht om vanaf te springen.
Na flink wat wikken en wegen werd er door één van de vrienden gesprongen. Het klappen en juichen begon pas nadat er uit het water twee duimen omhoog werden gegeven op de vraag “Ben je ok??”
Kippenvel