Ouder-kind faalangstreductie-training

De ouder-kind faalangst-reductietraining van deze periode is in volle gang! Dit schooljaar heb ik deze training in groep vijf en groep 7 kunnen aanbieden.

Drie pijlers: versterken zelfbeeld, ontwikkelen van helpende gedachtenpatronen en ontspanning. In acht bijeenkomsten, wordt er veel geleerd en ervaren door de kinderen over zichzelf, faalangst, spanning en ontspanning, vermijdingsgedrag, belemmerende en helpende gedachten, de eigen kwaliteiten, groeimindset en omgaan met het maken van fouten.

Ouders zijn een essentieel onderdeel in deze training. Zij doen vier van de acht bijeenkomsten mee en leren over faalangst, wat dat doet met je kind en hoe je als ouder ondersteunend kan zijn. Hoe geef je complimenten op proces en niet op resultaat? Welk gedrag van jou als ouder faciliteert onbewust de faalangst van jouw kind? Deze greep uit de onderdelen van de training geven ouders aan als heel waardevol te ervaren!

Mijn juf zegt..!


Steeds meer leerkrachten zijn zich er van bewust dat het gebruiken van groeitaal kinderen stimuleert te denken in kansen. Dat het maken van fouten essentieel is bij het leren van nieuwe dingen en niet betekent dat je dom bent, maar juist nieuwsgierig. Vraag het maar aan elke wetenschapper, ontwerper of ontwikkelaar.. Met elke fout kom je dichter bij het antwoord.

Een voorbeeld kwam vandaag voorbij in een gesprek met mijn vriendin Karin die kleuterjuf is op een basisschool in Oosterhout. Ze was even uit de klas voor de lunch en haar stagiaire raakte aan de praat met de kinderen over hoe lief hun juf was. “Onze juf is zo lief want ze wordt nooit boos als iets fout gaat. Dan gaan we er iets van leren!”
“Dat de kinderen dit terug geven, vind ik zo een mooi compliment!” luidde de trotse woorden van mijn vriendin.

Beseffen we ons wel genoeg wat een krachtig rolmodel we zijn voor onze leerlingen?
Pedagogisch medewerkers en kleuterleerkrachten hebben wat dat betreft een mooie positie in het begin van de schoolcarrière van jonge kinderen om de ontwikkeling van faalangst te voorkomen. De nadruk leggen op het proces, verwondering stimuleren en plezier maken tijdens het leren. Hoe vroeger we erbij zijn, hoe beter!

Faalangst: actief en passief

Actieve faalangst

Leren, leren, leren en nog een keer voor de zekerheid.
Door de angst dat het mis gaat, zijn mensen met actieve faalangst enorm veel tijd kwijt met hun taken. Perfectionisme is hier vaak een onderdeel van. Of het nu gaat om een rekentaak in de klas, een spreekbeurt, een presentatie, een tentamenvoorbereiding, of een opdracht op het werk.. graag perfect en zonder fouten! Herken je dit? Doordat de angst om te falen zo intens aanwezig is, zal jij er alles aan doen om te voorkomen dat het mis gaat. Dus ben je tijdens het schrijven van een mail of verslag steeds aan het zoeken naar de juiste woorden. Begin je vaak opnieuw, word je onzeker, kijk je er nog eens naar voor de zekerheid, enzovoorts. Dit kost enorm veel tijd, wat er vervolgens weer voor zorgt dat je denkt dat anderen beter zijn dan jij. Zo kan het zijn dat je vastzit in een vicieuze cirkel van faalangst, perfectionisme en onzekerheid.

Bij kinderen zie ik vaak een enorme hang naar bevestiging, veel gummen, lang nadenken, perfect willen schrijven, frustratie als het niet gaat zoals ze in hun hoofdje hebben. Weken van te voren bezig zijn met het voorbereiden van een spreekbeurt, buikpijn en misselijk van de zenuwen..
Inzetten op het versterken van hun zelfbeeld, inzicht in de faalangst en het ontwikkelen van positieve denkpatronen zijn onderdelen van de faalangstreductietraining die helpend zijn.

passieve faalangst

Uitstellen, negeren, struisvogelgedrag, uitstralen dat het je niet boeit, laatste moment in paniek en dan jezelf wijsmaken dat je gewoon goed presteert onder druk. Passieve faalangst vermomd zich vaak als demotivatie. Ook hier zit perfectionisme en de angst om te falen onder het gedrag. Doordat je niet je best gedaan hebt voor de taak, is het je niet aan te rekenen als het fout gaat. De oorzaak van de fouten en het falen kun je buiten jezelf plaatsen. Heerlijk.. toch?
Nee niet heerlijk, uiteindelijk niet.. Zie het als een vorm van zelfsabotage. Je zelfbeeld krijgt steeds weer een knauw. Eigenlijk interesseert het je namelijk wél, en wil je graag iets perfects neerzetten. Eigenlijk ontzeg jij jezelf het fijne gevoel dat, als je ergens voor hebt ingezet en het een tof project is geworden, jíj daar een aandeel in hebt gehad.

Bij kinderen werkt het ook zo. Perfectionisme en faalangst vermomd als demotivatie. Ze zijn hier onbewust heel erg goed in. De kleuters die steeds dezelfde makkelijke puzzels pakken, kinderen die omgedraaid in de klas zitten tijdens de uitleg, door de les heen praten en clownesk gedrag vertonen, steeds hun huiswerk vergeten, niet willen oefenen..
Laten we onder het gedrag kijken en hun behoeften zien.. Investeer in jullie relatie buiten presteermomenten en lach en praat met elkaar. Geef complimenten gericht op het proces en niet op resultaat. Kleine overzichtelijke stappen zodat ze kunnen voelen hoe fijn succeservaringen zijn.

Zit jij of je kind vast in zo’n vicieuze cirkel en vind je het fijn om daar hulp bij te krijgen?
Neem dan vrijblijvend contact op middels het contactformulier. Ik help graag!


Het monster van Nooit

Het woord “Ooit” zat in mijn hoofd en ging niet meer weg. Ze bleef rondwalsen totdat ik er zelfs ’s nachts van wakker werd. Ooit.. de belofte van uitgekomen dromen. Als je nooit de stap durft te nemen, de sprong durft te wagen, die éne beslissing durft te nemen zal je “Ooit” nooit bereiken.
Het monster van Nooit, zo kijk ik nu naar faalangst. Als de belemmering op de weg naar je dromen. Het stemmetje in je hoofd dat zegt dat het toch niet lukt, het veel te moeilijk is, andere mensen er veel beter in zijn, ze niet op je zitten te wachten.. Dus blijf je veilig op je plek en blijft “Ooit” een droom.

Zelfvertrouwen, een sterk zelfbeeld, zicht op je eigen talenten en valkuilen zoals uitstelgedrag, zijn sterke wapens tegen dit monster. Hij zal niet verdwijnen, maar klein genoeg worden om hem te omzeilen ( of in je rugzak te doen ) op weg naar waar je hoort te zijn..

Foutjes maken móet

Kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong laten vaak een vorm van perfectionisme zien wat kan leiden tot faalangst. Laten we ze bijbrengen dat foutjes maken mag, eigenlijk móet, om nieuwe dingen te leren.. te leren doorzetten.. Zodat ze later niet bang zijn om eerst honderd foutjes te maken om tot hun topideeën te komen.. ze vervolgens uit te durven voeren om zo te ontdekken wat hun passies en talenten zijn. 🍀

De kunst van het complimenten geven aan faalangstige kinderen

Faalangst kan heel hardnekkig zijn. Dit heeft voor een deel te maken met de vaste overtuigingen van het kind. Dit manifesteert zich in belemmerende gedachten.

Door bijvoorbeeld één slechte beoordeling op een rekentoets ontstaat de overtuiging “ Ik ben slecht in rekenen.” Die belemmerende gedachte zit vervolgens het leerproces in de weg en worden er resultaten gehaald die niet passen bij wat je van je kind zou verwachten. Als ouder kun je op je kop gaan staan, maar kinderen met een vaste mindset zijn er van overtuigd dat ze “het gewoon niet kunnen”. Het zou helpen als ze inzien dat leren stapje voor stapje gaat en één slechte beoordeling niet betekent dat je het dus niet kunt.

Hoe kun jij je kind daarbij helpen? Door complimenten te geven op het proces in plaats van het resultaat. Dus geen applaus bij een 9,5 als er nauwelijks voor geleerd is. Wees alert tijdens de voorbereiding. Zie je als ouder dat je kind het goed aanpakt door een samenvatting te maken? Geef dan op dát moment een compliment. “Wat pak je dat goed aan, zeg!” Zie je dat je dochter met haar tong uit de mond zit te tekenen? Complimentje voor de inzet. “Ik zie dat je hard je best doet, prachtig!”
Kinderen, en vooral hooggevoelige kinderen, hebben het feilloos in de gaten als je iets zegt wat je niet meent. Ze ontvangen dan een dubbele boodschap en dat werkt averechts. Wees je er dus van bewust dat het complimentje gemeend is en ook echt verdiend, dan is het van grote waarde.

De ouders van kinderen met vlucht- en negeergedrag hebben een extra uitdaging. Want hoe geef je je kind een compliment als hij niet eens begint met zijn huiswerk of ze bij het woord toets al driftig begint te stampvoeten?.. Helemaal terug naar het begin. Het überhaupt beginnen aan het leren of het meenemen van het leerwerk naar huis, is in dit geval al een compliment waard. Kleine stapjes tegelijk.

Het bouwen aan een sterk zelfbeeld, inzetten van helpende gedachten, het ontwikkelen van een groeimindset en natuurlijk het adviseren van ouders zijn belangrijke onderdelen in de faalangstreductietraining.

kinderen en faalangst

belemmerende gedachten
blokkeren het leren

Kinderen die over het algemeen lekker vrolijk zijn en prima in hun vel zitten, maar..

– voor een spreekbeurt niet te genieten zijn, buikpijn krijgen, niet kunnen slapen..
– voor een toets extreem veel leren of het juist steeds voor zich uitschuiven..
– met veel plezier naar dansles gaan totdat er een uitvoering aan zit te komen.
– het schoolpodium alleen leuk vinden om naar te kijken..

Daar zou best wel eens faalangst achter kunnen zitten. Dat kan sociale faalangst, cognitieve faalangst of motorische faalangst zijn.

Er zijn verschillende manieren om met faalangst om te gaan. Er zijn kinderen die extreem veel gaan leren, steeds bevestiging vragen aan de leerkracht, alles tot in de puntjes perfect willen doen om maar geen fouten te maken. Deze kinderen zijn zo bang om iets verkeerd te doen of dat iemand anders iets naars over ze zou denken, dat ze steeds actief zijn om de kans van falen zo klein mogelijk te maken. Ze leggen de schuld onbewust bij zichzelf. Dit noem je actieve faalangst. Het zorgt voor veel spanning, wat zich kan uiten in buikpijn, hoofdpijn, slecht in slaap komen, naar dromen, bedplassen, verstoorde stoelgang..

Aan de andere kant zijn er ook kinderen die juist het tegenovergestelde gedrag laten zien. Het struisvogelgedrag. Dit zijn de kinderen die zo bang zijn om te falen, dat ze er door verlamd raken. Geen actie ondernemen, het leren voor zich uitstellen, afdwalen tijdens de uitleg van de leerkracht, met geen mogelijkheid aan hun huiswerk te krijgen zijn, clownesk gedrag laten zien in de klas, vergeten dat ze een toets hebben.. Ze leggen de schuld onbewust buiten zichzelf. Het falen is het gevolg van het niet geleerd hebben, niet geoefend hebben, de leerkracht die niet kan uitleggen.. Dit noem je passieve faalangst. Doordat ze ogenschijnlijk onverschillig omgaan met hun schoolwerk, is het heel lastig om dit type faalangst te herkennen. Ook deze vorm van faalangst uit zich in spanningen, kroppen zich onbewust op en kunnen leiden tot plotselinge uitbarstingen van verdriet en/ of boosheid.

Mijn faalangsttraining richt zich op het opbouwen van het zelfvertrouwen, het herkennen en omgaan met spanningen en het veranderen van de negatieve gedachten.
De meeste kinderen hebben hier 8-10 sessies voor nodig. Als de faalangst heel hardnekkig is, kunnen we in overleg besluiten om nog wat langer door te gaan met de training.

verschillende soorten faalangst

Er zijn verschillende soorten faalangst:
– cognitieve faalangst
– sociale faalangst
– motorische faalangst

cognitieve faalangst
Kinderen met cognitieve faalangst zijn bang om fouten te maken tijdens toetsen, overhoringen of dictees. In de klas tijdens het werken gaat het prima en merkt de leerkracht dat de oefenstof wordt begrepen. Zodra het moment van presteren in de buurt komt, slaat de paniek toe. Dit kan leiden tot blokkeren omdat het brein alleen maar bezig is met denken aan falen. Het hoofd zit vol met belemmerende gedachten zoals “Ik kan dit niet”, “Ik maak vast alles fout”. Het werkgeheugen zit vol met deze gedachten, waardoor er geen ruimte meer is om aan de geleerde stof te denken.

Kinderen met actieve faalangst gaan van te voren extreem veel leren. Ze proberen vaak letterlijk alles uit hun hoofd te leren en hebben veel moeite met het maken van samenvattingen. Ze zijn bang om iets te vergeten.
Kinderen met passieve faalangst proberen alles te doen om het leren te ontwijken. Grote kans dat hij presteert onder zijn niveau en wordt bevestigd in het idee dat hij het toch niet kan. Dit is een heel vervelende vicieuze cirkel. Voor ouders is dit heel moeilijk om mee om te gaan. De frustratie richt zich vaak op de ouders en de sfeer wordt er niet gezelliger op. Vooral omdat je ziet wat je kind zou kunnen helpen, maar hij het niet van je wilt aannemen.

sociale faalangst
Kinderen met sociale faalangst zijn bang wat anderen over ze zullen denken. Die gedachten kunnen er toe leiden dat ze niet naar feestjes toe durven gaan, bang zijn om iets te vragen, heel zachtjes spreken, denken dat de ander negatief over ze praat, angst om een vraag te stellen in de klas, blokkeren als de leerkracht een vraag stelt..
Bouwen aan het zelfvertrouwen is hier essentieel. Daarnaast een stukje gedachteverandering middels het GGGG- model.

motorische faalangst
Deze vorm van faalangst heeft te maken met de motoriek. Vaak zijn deze kinderen bang om te vallen, angst voor de sensatie van het koprollen, bang om de controle te verliezen.. Belangrijk is dat je het kind niet forceert iets te doen waar het bang voor is. Bespreek de angst, ga stapje voor stapje oefenen. Ga pas verder als het kind vertrouwen voelt.

De faalangsttraining is geschikt voor al deze soorten faalangst doordat er vanuit drie pijlers wordt gewerkt:

bouwen aan zelfvertrouwen
Een kind dat zelfvertrouwen heeft, durft zichzelf te zijn. Is zich bewust van zijn of haar eigen kunnen en zal minder last hebben van belemmerende gedachten.
herkennen van en omgaan met spanning en ontspanning
Door bewust te zijn van de spanning het lichaam, kan het kind de geleerde tools inzetten om te ontspannen. Ontspannen is een manier om het brein te resetten, de blokkade van de negatieve gedachten op te heffen.
veranderen van gedachten
Het inzetten van helpende gedachten, ontwikkelen van een groeimindset en inzicht in het GGGG- model zijn instrumenten om negatieve gedachten om te zetten naar positieve gedachten.

faalangst en uitstelgedrag

Het leek me een mooi onderwerp om als eerste over te schrijven. Het gaan schrijven van dit bericht zat namelijk al dagen in mijn hoofd.. In mijn gedachten was ik er al vijf(duizend) keer aan begonnen, maar het moest natuurlijk wel perfect zijn.. en wat zullen andere mensen er van vinden? Is dit wel echt een goed onderwerp om mee te beginnen? Of toch liever iets over hooggevoeligheid.. Ik ga wel eerst even verder werken aan een andere pagina.. oja, ik moet ook nog strijken!
Een klein kijkje in het hoofd van iemand met faalangst..

Uitstelgedrag is verbonden aan passieve faalangst. De angst om te falen is dan zo groot, dat er steeds excuses worden bedacht om maar niet te hoeven beginnen. Als je hiervan bewust bent, ga je het herkennen bij jezelf. Dat is de eerste, heel belangrijke stap. Herken uitstelgedrag bij jezelf en herken de excuses die jouw brein je steeds voorhoudt.
Dan ben je vervolgens nog lang niet klaar, want hoe krijg je jezelf in actie?

Inmiddels ben ik zo ver dat ik meteen in de gaten heb wanneer mijn brein mij excuses voorhoudt. Eigenlijk weet ik nu van te voren al welke taak mijn faalangst gaat triggeren en daarmee het uitstelgedrag. Vroeger stelde ik een taak dan zo lang uit dat ik, puur op de stress en adrenaline van de deadline, net op het laatste moment klaar was. Vervolgens maakte ik mezelf wijs dat ik heel goed was in werken onder druk. Ik had totaal niet in de gaten dat het steeds maar uitstellen van taken heel veel energie kost.

In actie komen:

  • Schrijf je uitstelexcuses op en streep door wat onzin is. De rest mag op een to-do lijstje.
  • Vertrouw jezelf dat je dit gewoon kan.
  • Hak vervolgens de taak in overzichtelijke stukken.
  • Bepaal waar je het eerst mee gaat beginnen, doe dat meteen.
  • Je hebt nu een beginnetje gemaakt en je bent trots op jezelf.
  • Dan is nu de tijd rijp om vol goede moed een planning te maken.
  • Succes!

Helpende gedachten zoals “Ik kan dit gewoon!” inzetten is een tool die helpt bij faalangst. In de training leren kinderen welke helpende gedachten er zijn, wat de functie er van is en welke helpende gedachte het best bij ze past.